Wanneer je op reis bent, zeker wanneer je gaat backpacken, stap je vaak meer dan eens uit je comfortzone. Je wil het avontuur opzoeken en onvergetelijke herinneringen maken. Een ervaring die jouw reis naar Indonesië absoluut onvergetelijk maakt is: het beklimmen van de Mount Rinjani, een actieve vulkaan met een hoogte van 3726 meters. Een pittige meerdaagse trekking, maar ondanks dat kan ik alleen maar zeggen: dit mag je niet missen! Een echte once-in-a-lifetime ervaring! In deze blog neem ik je mee op dit fantastische avontuur in Mount Rinjani National Park.

Groene bossen, kale bergen, watervallen, vulkanen en het meest blauwe meer wat ik ooit heb gezien. Deze tocht is onbeschrijflijk. Overweldigend mooi, avontuurlijk en spannend. Een zware tocht, maar het is het allemaal waard als je de top bereikt.
Startpunt: Senaru, Lombok
Lombok, een klein eiland ten oosten van Bali. Prachtige natuur en gelukkig nog niet zo toeristisch als Bali. Hier heb je nog de stranden voor je alleen. Na wat dagen relaxen en tochtjes op scooters in het zuidelijk gelegen Kuta laten we onze rijden naar Senaru, een plaatsje gelegen in het noorden van Lombok. Het plaatsje, gelegen op 800 meter hoogte ligt aan de voet van de Mount Rinjani. een actieve vulkaan met een hoogte van 3726 meters. Het is daarmee de op één na hoogste vulkaan van Indonesië.
Voorbereiding
Via een kantoortje in Kuta (gelegen in het zuiden van Lombok) boeken we een driedaagse trekking inclusief een overnachting in Senaru voorafgaand aan het avontuur. Senaru is een klein dorpje waar eigenlijk alleen maar mensen overnachten die gaan trekken. De Mount Rinjani is natuurlijk waar het allemaal om draait. Toch hoef je niet de berg op om mooie dingen te zien. Mijn reismaatje en ik besluiten te wandelen en bekijken één van de grootste watervallen van Lombok, genaamd: Sendang Gila. Prachtig om te zien van hoe het ijskoude water vanaf een hoogte van 100 meter naar beneden klettert.
Genoeg avontuur voor de eerste dag in Senaru. Tijd om ons (mentaal haha) voor te bereiden voor de komende dagen. En dat betekent: zorgen dat je uitgerust bent en dus op tijd gaat slapen. Het klimmen van de Mount Rinjani is niet niks. Er zijn momenten dat ik flink heb moeten afzien. Je hoeft niet getraind te zijn, maar enige conditie is wel zo handig. En wanneer je geen hoogtevrees hebt, dan scheelt dat een hoop angst.
Diverse trekkingen
Je kunt verschillende trekkingen doen in de omgeving en in het National Park van Mount Rinjani zelf. Allereerst zijn er tweedaagse trekkingen met één overnachting. Een mooie trekking, maar voor een beklimming van de Mount Rinjani: net te kort. Tijdens deze trekking mis je één van de mooiste plekken: krater 2. Wil je een complete trekking doen en eventueel naar de top? Neem dan drie dagen de tijd. Deze tocht heb ik gedaan. Je kunt het ook nog wat relaxter doen: een trekking van vier dagen. Als ik het nog eens zou doen (wat ik niet denk, hoe mooi het ook was, ik heb vreselijk veel angst gehad op die berg), dan zou ik denk ik hiervoor kiezen. Je hebt dan net wat meer tijd voor de hikes.
Er zijn verschillende bedrijfjes die de tour aanbieden, dus kijk gewoon even rond. Wij hebben het van tevoren geboekt omdat we dan gelijk iemand hadden die ons van Kuta naar Senaru bracht, maar veel mensen boeken de tours ook gewoon ter plekke in Senaru. Je hebt zo waarschijnlijk wel een beter beeld van wat er wordt aangeboden. Kijk goed naar wat er bij jouw pakket inbegrepen is. Let er goed op dat het eten en drinken inclusief is! Je wilt niet zelf eten en drinken voor drie dagen de berg op dragen.
Om over na te denken voordat je aan de tocht begint
Om eerlijk te zijn wist ik op het moment dat ik aan de tocht begon totaal niet wat mij nou echt te wachten stond. Ik lees me normaal altijd goed in voordat ik een land bezoek, maar voor Indonesië had ik dat niet gedaan, omdat dit land eigenlijk niet op de planning stond. Veel backpackers doen de tocht. Mijn reismaatjes wilden deze tocht ook graag doen en dus besloot ik mee te gaan. Je wil het toch allemaal graag zien en meemaken. Gewoon de tour boeken en gaan. Is dit niet gewoon een trekking zoals we in Thailand en Vietnam eerder hebben gedaan?
Vergeet het. Echt niet. Deze trekking was van hele andere orde. Veel ervaren trekkers doen deze trekking. Je komt ze vanzelf tegen op de berg. Ervaren mensen die tientallen bijzonder zware trekkingen op hun naam hebben staan. Speciale schoenen (komen wij aan met onze Nikes) en wandelstokken om meer grip te hebben. Wij hadden het allemaal niet. Mocht je wandelschoenen bij je hebben, doe ze aan!
Naast dat we totaal onervaren de berg op gingen, hadden we ook niet de juiste spullen mee op reis voor een tocht als deze. Gelukkig zit er veel inbegrepen in bepaalde pakketten die je kunt boeken, zoals tenten, slaapzakken en nemen de locals alles mee om te kunnen koken. Ook verandert het weer constant. Je zal flink wat temperatuursverschillen meemaken op de berg. Het ene moment schijnt de zon, het andere moment hangt er een dik wolkendek. Denk dus na over welke kleding je meeneemt. Een winterjas is niet overbodig, want het is aardig koud op de top. Gelukkig hadden de locals ook wat jassen te leen.
Denk er dus wel even goed over na of dit is wat je zoekt. Toch raad ik het je aan, omdat dit iets is wat je altijd zal bijblijven. Het maakt je reis bijzonder.

Op avontuur
Vroeg in de ochtend vertrekken we vanuit Senaru. We worden met de auto afgezet bij de ingang van het National Park Mount Rinjani.
De eerste dag is te doen. We starten in een bos. De weg naar Pos II (1500 meter) is glooiend. Het landschap is begroeit en dus kun je je vaak makkelijk optrekken en je arm uitsteken naar een dichtbij staande boom. We lopen veel de eerste dag, we hiken zo’n 7 à 8 uur. Het landschap verandert van dor en droog naar groen gras en weer naar land zonder enige begroeiing. Ook de temperaturen veranderen van rond de 35 graden naar een temperatuur waarbij een dikke trui niet overbodig is. We wandelen, we lopen steil omhoog en we klimmen.
Nadat we Pos III (2.000 meter) passeren verlaten we het bos. Dan begint de uitputtende tocht. De tocht naar de kraterrand op een hoogte van 2.641 meter. Een tocht die het uiteindelijk allemaal waard zal zijn. Er moet een steile berg worden beklommen die bestaat uit zand, losse stenen en gravel. Dit betekent dat wanneer je twee stappen zet, je eigenlijk ook weer een stuk naar beneden glijdt. Zeer vermoeiend, en ik ben constant bang dat ik naar beneden val of uitglijd. Ik denk meerdere keren: waar ben ik aan begonnen?!
Het leek eeuwen te duren, maar na deze berg komen we eindelijk aan bij de plek waar we gaan overnachten. We genieten van onze welverdiende curry die zojuist is gekookt door onze gidsen. Het is koud op deze plek, maar dan weten we nog niet hoe koud het morgen gaat zijn. Dat is wel even geleden voor ons!


Adembenemende schoonheid: Segara Anak en Gunung Baru
De volgende ochtend staan we vroeg op, net voor zonsopgang. Na wat leuke groepfoto’s in de ochtendzon bij ons tentenkamp beginnen we onze trekking van die dag. Het eerstvolgende punt is de rand van de eerste krater. Na een tijdje hiken zie ik voor mij opeens een betoverend turquoise meer verschijnen met middenin een kleine vulkaan. Het uitzicht is echt ongelooflijk. Het lijkt wel of ik droom, zo mooi is het. Het is die ochtend ook prachtig, helder weer en dit zorgt voor mooie kleuren.
Het kratermeer wat we voor ons zien liggen is Segara Anak, een restant van de eruptie van de vulkaan Samalas in 1257. Gunung Baru, een kleine vulkaan die bij de laatste aardbeving is ontstaan, ligt er prachtig bij in het zachte ochtendlicht. Zo puur en zo rustig. Bizar dat het zo rustig aanvoelt, terwijl je er met een hele groep mensen naar staat te kijken. De natuur is gewoon zo overweldigend. Erg bijzonder.
Mensen die twee dagen trekken vertrekken die dag weer richting Senaru. Wij trekken verder. We dalen naar beneden naar het meer. De daling is ontzettend steil en meer klauteren dan lopen. Er zijn alleen wat metalen leuningen en touwen waaraan je je kunt vastklampen. Het is eng en opnieuw vraag ik me meerdere keren af hoe ik ooit weer van deze berg af ga komen. Terwijl ik me krampachtig vasthoudt aan mijn porter* – die zich bijna mijn persoonlijke assistent kan noemen – zie ik zelfs visioenen voor me dat ik per helikopter van de berg afgehaald moet worden. Toch is de afdaling uiteindelijk alles waard. Beneden wacht een heerlijk warm bad op ons. Er zijn natuurlijke (en heilige, volgens de locals) warmtebronnen waarin je lekker kunt ontspannen. Wat is dat fijn na lange dagen trekken zonder een warme douche te hebben gehad. Ook fijn voor onze vermoeide voeten.
We lunchen heerlijk en hebben zo weer genoeg nieuwe energie. En dat hebben we nodig, want we hebben nog een lange weg te gaan.
*porters zijn lokale mensen die meegaan op de tocht en verschillende benodigdheden zoals tenten en eten de berg op dragen.
Terwijl ik me krampachtig vasthoudt aan mijn porter – die zich bijna mijn persoonlijke assistent kan noemen – zie ik zelfs visioenen voor me dat ik per helikopter van de berg afgehaald moet worden.


Een zware trekking, maar een onvergetelijke ervaring.
Onderweg passeren we de mooiste natuur. Ik probeer om me heen te kijken en besef dan wat een prachtige tocht dit eigenlijk is. Dit is soms moeilijk, want het is ook erg zwaar voor me. Niet per se qua conditie; die stelt me niet teleur. Nee, de hoogte vind ik vreselijk eng. Gelukkig zijn de gidsen er om je te helpen. Het is ongelooflijk hoe goed zij het pad kennen. Ze weten alles van de tocht, van de natuur en verliezen echt nooit hun grip. En dat terwijl velen op hun slippers lopen en veel bagage bij hun hebben. De gidsen dragen immers onze tenten en al het eten voor de reis.
Vanaf de hot springs was het nog ongeveer drieënhalf uur lopen. Hoe mooi de natuur ook was, hoe kort de afstand nog maar leek: het was afzien. Het was zwaar. Ik wilde niet meer. Ik wenste beneden te zijn, aan de voet van de berg. Er ging van alles door mijn hoofd. Hoe kon ik toch van tevoren denken dat dit iets voor mij zou zijn? Ik vond het doodeng hierboven!

Gelukkig heb ik Stephanie (een Engelse vriendin) naast me. Ze helpt me waar ze kan. En geeft me een peptalk. Aan het einde van dag twee komen we dan eindelijk aan bij krater 2. Het is ongelooflijk. Al het zware werk van de afgelopen dagen wordt beloond met één van de mooiste uitzichten die je ooit in je leven gaat zien. Bovenop de krater heb je een uitzicht over de top van de berg en het prachtige blauwe meer met de kleine vulkaan in het midden. Tel daarbij op een fantastische zonsondergang boven de wolken en je komt echt ogen te kort. Mijn avondeten laat ik koud worden. Dit moet ik vastleggen. Het gevoel is magisch. We hebben het gehaald.
Na het eten geven we vrij snel toe aan onze slaap. We zijn gebroken en het is ijskoud bij de tweede kraterrand. Niet veel warmer dan 0 graden. Middenin de nacht vertrekt een kleine groep richting de ‘summit’, het allerhoogste punt van de berg. Samen met Stephanie besluit ik niet mee te gaan. Ik heb mijn grootste angsten al overwonnen en hoef niet nog meer dan dit. Ik geniet van een schitterende zonsopgang samen met één van mijn fijnste reismaatjes. Ijskoud was het. Met een slaapzak om ons heen om ons warm te houden kijken we naar hoe de zon steeds hoger aan de hemel komt.
De laatste (en derde dag) bestaat uit afdalen. Je moet toch weer een keer van die berg af. Afdalen lijkt makkelijk, maar dat was het toch ook niet. De paden bestaan vooruit uit zand, grind en losse stenen en dus moet je oppassen dat je niet valt of uitglijdt. De derde dag is wel een stuk minder eng en er is minder hoogteverschil vergeleken bij de andere dagen. Je kijkt niet meer zo diep naar beneden gezien het landschap op deze route een stuk glooiender is. Onze gidsen en porters verzorgen onderweg een lekkere lunch. Alles wordt eigenlijk voor ons geregeld! Om vier uur ’s middags, na weer dus een dag lopen, komen we beneden aan en worden we opgepikt om terug te rijden naar Senaru.
Wanneer we terugkomen in Senaru pakken we onze spullen en worden we door een busje naar Sengiggi gebracht. Het eerste wat we doen is het nemen van een warme douche. Wat voelt dat heerlijk na drie dagen zonder! We voelen ons als herboren en slapen als een roos.




Terugkijken
Deze ervaring is echt onvergetelijk. Wat ik deze dagen heb gedaan vind ik zelf nog ongelooflijk. Je ziet de meest mooie natuur voorbijkomen op de tocht. Groene natuur, kale bergen, watervallen, het meest blauwe meer wat ik ooit heb gezien en natuurlijk vulkanen! Het was onbeschrijflijk. Toen ik bij krater twee stond te kijken naar de zonsondergang voelde ik me ontzettend gelukkig. Het was het allemaal waard geweest..
Het klimmen, steeds hoger, was voor mij zwaar. Ik was bang op die berg. Steeds hoger, terwijl ik liever naar beneden ging! Ik heb echte angst gehad, maar het was het allemaal waard. Ook fysiek was het zwaar, maar daar zette ik me wel aardig overheen.
De trekking is te doen wanneer je een goede tot normale conditie hebt. Je hebt doorzettingsvermogen nodig. Toch hoef je niet alles alleen te doen. Je bent met een groep en de locals zijn zeer ervaren. Zij beklimmen de berg meerdere keren per week en velen doen dit al jarenlang. En naast dat het zwaar is: geniet! Heb plezier en realiseer je dat het heel bijzonder is wat je aan het doen bent!

Het beklimmen van de Mount Rinjani in Mount Rinjani National Park, Lombok, Indonesië
Waar: Mount Rinjani National Park, noorden van Lombok, Indonesië
Highlights: Mt. Rinjani’s summit (3726 meter), tweede krater (2641 meter), Segara Anak Lake, Gunung Baru (de kleinere vulkaan in het midden van het meer) en natuurlijk de Hot Springs
Trekkingen: verschillende trekkingen, van een dagtocht tot één of twee overnachtingen
Hoe te boeken: bij eigenlijk elk ‘reisbureau’ kun je de tour boeken. Zowel op Bali als op Lombok. Ook kun je de tocht boeken in Senaru. Wij hebben de tocht van tevoren geboekt op Lombok, maar afhankelijk van het seizoen (drukte) is het misschien ook handig om de tocht in Senaru te boeken. Je hebt dan wel een beter beeld van welke tocht geschikt is voor jou. Op Rinjaninationalpark.com kun je het laatste nieuws checken en of de tochten doorgang hebben op dat moment.
Beste tijd: De beste maanden om de Rinjani te beklimmen zijn april tot en met oktober. Wij hebben de tocht in juni gemaakt.
Moeilijkheidsgraad: Uitdagend en avontuurlijk, maar te doen wanneer je een normale tot goede conditie hebt. Het helpt als je geen hoogtevrees hebt.
Prijs: De toegang tot het National park bedraagt op dit moment Rp 150,000. Dit is omgerekend rond de 10 euro. De prijs voor het hele pakket is afhankelijk van het aantal nachten. In het pakket zit altijd een overnachting voordat je trekking begint, een transfer van Senaru naar de Mount Rinjani en terug naar het hostel in Senaru, eten en drinken tijdens de trekking (ook water!) en gezelschap van de porters!
Hostel: Restu by Views Guesthouse, Senaru (overnachting voorafgaand de trekking). Dit hostel zat inbegrepen bij ons pakket.
Waarom? Once-in-a-lifetime experience! Onvergetelijke ervaring met je reismaatjes, prachtige uitzichten en een echt avontuur!